Aan het einde van de zomervakantie een lang weekend naar een Waddeneiland, het begint een fijne traditie te worden. Dit jaar was er flinke twijfel gezien de gezondheidstoestand van mijn moeder: wel of niet afreizen naar Schiermonnikoog? Wikken en wegen. Ik wilde in eerste instantie niet. Uiteindelijk besloot ik – in goed overleg met en op advies van het zorgteam – toch wĂšl met mijn mannen mee te gaan. We gingen lekker uitwaaien, ik in de meest brede zin van het woord. Ondertussen hield ik mijn hart stevig vast.
Schiermonnikoog is in mijn beleving het meest pure, ruige en dynamische Waddeneiland. De natuur gaat er grotendeels haar eigen gang, heel het eiland is Nationaal Park. Op een heel klein oppervlak vind je een enorme verscheidenheid aan landschappen en de daarbij horende natuur. Gemotoriseerd verkeer kom je hier nauwelijks tegen.
Het Noordzeestrand is oneindig groots en blijft mij imponeren. Het strand meet op haar breedst maar liefst één kilometer, hiermee is het één van Europa âs breedste. Wat een zee van rust en ruimte. Silvijn maakte er bovenstaande foto van Remon en mij, wat een lucky shot!
De wind die langs je lijf wappert, je haren die om je hoofd klapperen, een zilte smaak in je mond, zoute spetters op je armen, het zonnetje dat brandt op je huid, zand tussen je tenen en de zeelucht in je neus. Ik hou van het ‘Waddeneilandgevoel’.
In het westen van het eiland ligt een prachtig netwerk van wandel- en fietspaden waarvan we er niet een oversloegen. Al fietsend beleefden we de acht verschillende landschappen.
Op de poster die we kregen van de vogelbescherming kruisten we ’s ochtends tijdens het ontbijt steeds meer gespotte vogels aan, zoals de bergeend, de bonte strandloper, de rosse grutto en de aalscholver. Vanuit de vogelkijkhut in de Westerplas zagen we zelfs een witte lepelaar voorbij vliegen.
Verder naar het oosten ontbreken paden en bestaat het eiland uit ongetemde natuur. De Balgexpres bracht ons vanuit het dorp via het Noordzeestrand naar de Balg. Op die uiterste oostpunt van het eiland zagen we zeehonden, zochten we zeediertjes en schelpen en genoten van het weidse landschap, het onvoorspelbare zand en de ruige Noordzee.
In het zachte avondzonnetje vingen we krabben, zeeduizendpoten en garnalen in de geulen van een nagenoeg verlaten strand.
Bij het bezoekerscentrum kun je de leukste excursies boeken. Wij kozen voor ‘bosgeheimen voor kleuters’. Samen met een heuse gids trokken we diep het bos in op zoek naar ‘Schiertjes’. Wat een beleving! Silvijn genoot, wij genoten vooral van Silvijn.
Vrijdagmiddag stapten we in Lauwersoog met de fiets en al op de boot naar Schiermonnikoog, maandagmiddag keerden we weer terug naar huis. Vier dagen lang uitwaaien, voor mijn gevoel slechts twee dagen afwezig; een ‘dit vergeten we nooit meer’ om bij te schrijven in mijn mooiste handschrift.
En met het zand nog tussen de tenen snel naar mams voor een hĂ©le dikke zilte tĂșt.
Sandy toes & salty kisses.