Life is short and the world is wide

We reizen graag en zijn fervente vakantiegangers. Immers: ‘Life is short and the world is wide’ & ‘Travel is the only thing you buy that makes you richer’. Zo gaan, volgens deze wijze woorden, de grote mannen in de voorjaarsvakantie skiën. Ik ben absolúút geen winter(sport)meisje, Silvijn – was – te klein om mee te gaan op wintersport. In de voorjaarsvakantie bewaakten we tot nu toe samen het fort (en oma Selly). Wij gingen in de mei- en/of de herfstvakantie samen op avontuur naar de zon, de zee en het strand (en vice versa).

Dit jaar besloot ik ook in de voorjaarsvakantie – waarom niet:  ‘The only trip you will regret is the one you did not make’ – samen met Silvijn het mooie weer en de vitamine zee op te zoeken. En dat is half februari nog niet zo gemakkelijk als je een weekje de tijd hebt. De enige bestemming op minder dan 5 uur vliegen waar je een beetje op aangenaam weer kunt rekenen, is de Canarische eilanden. Ach en die eilandengroep past dan weer mooi bij het motto: ‘Once a year, go someplace you’ve neer been before’.

We kozen voor het eiland Lanzarote. Het werd een mooi avontuur vol zee en strand, tussen de wolken door toch flink wat zon, een magisch vulkanisch landschap met stoere luchten, fabelachtige grotten en heel veel pret (en oké ook iets met kamelen ;-)).

 

Magnoli – jaaa! – a

Twee weken geleden bezocht ik samen met een vriendinnetje Deventer. Wat een pracht van een stad; aanrader! Op de markt aldaar viel mijn oog ’s ochtends vroeg al snel op een stapel magnoliatakken van een formaat dat geen deel uitmaakt van het assortiment van mijn lievelingsbloemist . Het beeld van één van deze ferme takken met uitbundige roze bloesem pronkend in mijn grote witte vaas was de rest van de dag vrij voor in mijn hoofd aanwezig. Gevalletje kansloos. Aan het eind van de dag sleepte ik de mooiste c.q. de grootste takkenbos mee naar Leeuwarden.

Anderhalve week lang stond deze struise stronk wat *suterich in de witte vaas op de vensterbank, niks geen gepronk.

Doet ‘ie ’t of doet ‘ie ’t niet?!

Toen ik donderdagavond laat –  moe en content na een zeer geslaagde Open Avond – thuiskwam, hoorde en zag ik tot mijn grote vreugde de eerste knoppen van de magnolia open ‘ploppen’. In rap tempo vulde de vensterbank zich met de viltachtige knoppen. Vrijdagochtend was de eerste  roze bloesem een voorzichtig feit.

Hij doet ’t mijn magnoli – jááá! – a.

*Suterich vind ik het meest fraaie Friese woord dat ik ken. Ook omdat het in mijn beeld van de werkelijkheid met geen mogelijkheid te vertalen is in een Nederlands woord dat de lading volledig dekt. Volgens het Wurdboek fan de Fryske taal volstaat één van onderstaande vertalingen en/of een combinatie daarvan. Volgens mij nèt niet.

1. onfris, smoezelig, niet gereinigd, onverzorgd, verlept.
2. haveloos, armoedig, verwaarloosd.
3. er ongezond uitziend.
4. slecht, ongunstig.
5. onaangenaam, buiïg, nat en koud (van het weer).

 

A cosy big bed & animal prints

Silvijn sliep tot voor kort nog in zijn kleine knusse bedje, ook mijn kinderbedje. Dit enerzijds omdat ik nogal gehecht was aan het mooie plaatje en ook heimelijk aan het bijbehorende sentiment. Anderzijds omdat we het niet gemakkelijk vonden HET grote bed – keuzes, keuzes – voor hem te vinden.

Uiteindelijk kozen we voor het daybed uit de woodcollectie van Oliver Furniture. Behalve dat we het ontwerp erg mooi vinden, vielen we ook voor het vakmanschap, de eerlijke productie(keten) en het duurzame karakter. Zo kan het bed door middel van een uitbreidingsset op den duur omgebouwd worden tot een loftbed  of een bunkbed (wat een pracht, ik kan naar deze plaatjes blíjven kijken!).

Het ronde houten tonnetje stond zo lang ik me kan herinneren in de voorkamer van mijn ouderlijk huis en werd ‘het barretje’ genoemd. Wat er achter de deurtjes stond? Een door mijn vader aangebroken fles jonge jenever en een fles rode wijn waar mijn moeder de eigenaresse van was. Elke avond – en zondagsochtend na de kerk – ging het barretje open, werd er een klein glaasje ingeschonken en geproost op alle mooie dingen van het leven.

Ik had het barretje uiteraard met mijn moeder meeverhuisd naar haar kamer in het verpleeghuis. Daar deed het wat beneveld dienst als opberger voor het speelgoed van Silvijn. Er bovenop stond steevast een dikke bos flowerpower in de grote Delfts blauwe vaas, net als (vroeger) thuis.

Silvijn was bij het leegruimen van Selly’s kamer vastberaden: het barretje moest en zou een plekje op zijn kamer krijgen. En zo geschiedde.

Barretje erin betekende IXXI – geen gezicht in de combinatie – eruit. Ik had al langer het idee deze muur te ‘behangen’ met de de illustraties uit Het dierenboek, een schitterend boek met de meest fraaie afbeeldingen en Silvijn z’n lievelingsboek. Ik werd oktober vorig jaar op dit idee gebracht toen ik de o zo mooie kinderkamer van het vtwonen huis op de vt wonen&design beurs door struinde.

Voorzichtig maakte ik op een grijze donderdagmiddag in de kerstvakantie een klein beginnetje met het stuk voor stuk lostornen van de bladzijden uit het boek. In zijn totaliteit een flinke klus waarbij geduld en precisie geboden zijn. Toen Silvijn mijn bezigheid in de gaten kreeg, “Mama, wat doé jíj nóú?!”, zette hij het op een hartverscheurend  brullen en stortte zich theatraal ter aarde. Oi, oi, oi, gevalletje grove inschattingsfout. Sorry, sorry, sorry Silvijn. Ik schoof de bladzijden beschaamd en ietwat knullig terug op hun plaats en samen lazen we onder het genot van een groot glas appelsap en een royaal bepoedersuikerde oliebol voor de zoveelste keer Het dierenboek. Die avond bestelde ik als de bliksem een tweede exemplaar.

Enkele dagen later en een tweede onder supervisie van Silvijn uit elkaar getornd dierenboek rijker, zochten we samen de mooiste platen – geen doen, ze zijn alle prachtig – uit en hingen deze met dubbelzijdig plakband aan de muur. Silvijn zocht uit zijn plastic dierencollectie zoveel mogelijk bijpassende exemplaren en gaf ze een mooi plekje op het barretje. De niet matchende beesten mochten  achter de deurtjes, “hup, in hun hok”.

Silvijn is wijs met zijn nieuwe bed. Als we ‘m even niet horen, weten we onderhand dat ‘ie heerlijk onder z’n dekbed is gekropen om “eventjes uit te rusten”. Ik ben er inmiddels flink aan gehecht om eventjes tegen Silvijn z’n warme lijfje aan te kruipen als ik hem ’s ochtends vroeg wakker maak. Zó knus dit grote bed!