How it is supposed to be

We vierden dit weekend de 16de (!) verjaardag van Sem met familie en vrienden, lekker in de tuin inclusief barbecue-festijn. Een feestje zoals een feestje behoort te zijn.

We sliepen uit, ontbeten uitgebreid, pannenkoekten om en keken samen voetbal en de Grand Prix. Ik haalde twee armen vol fijne zomerbloeiers bij mijn favoriete bloemist, we aten bakken vol kersen van de markt, we vulden vazen vol plukgeluk uit de berm, genoten tot ’s avonds laat van het heerlijke weer, speelden ontelbare potjes Rummicub en Yathzee en Silvijn maakte de allermooiste tekening voor zijn juf van groep 1/2 waar hij volgende week afscheid van gaat nemen. Een weekend zoals een weekend behoort te zijn.

En ik genoot  ondertussen nog na van een fantastische Escherweek op ‘mijn’ school waarin ‘onze’ leerlingen uiteindelijk enorme – op het werk van Escher geïnspireerde – stoepkrijttekeningen maakten op het schoolplein die als decor dienden van een door henzelf gechoreografeerde en uitgevoerde dans (ik was tot tranen toe geroerd, muts die ik ben.). Wat een bijzonder mooie week. En onderwijs zoals onderwijs volgens mij behoort te zijn. Zien? Kijk!

Spring wreath

Ik kon het steeds maar niet over mijn hart verkrijgen de kerstkrans – ik noemde ‘m dan ook al zo’n twee maanden ‘winterkrans’ – van de voordeur te halen, te ontleden en in de groene container te deponeren. Totdat ik vorige week deze foto via Atmine op Instagram tegenkwam. Een foto van een pracht van een lentekrans van The big door wreath company. Ik wist niet dat ik een beetje verliefd kon worden op een deurkrans.

Het leek er wel bliksems veel op. De hele week zat de lentekrans voor in mijn hoofd, ging mijn hart sneller kloppen als ik aan het vlechtwerk van uitbundige lentebloeiers dacht en in mijn dromen hing het meest kleurige en geurige exemplaar hier al lang en breed ter vervanging van de winterkrans te pronken aan de paarse voordeur. Wat een top idee: elk jaargetijde een seizoensgerelateerde krans aan de paarse voordeur. Ook de zomerkrans en de herfstkrans waren in gedachten al driftig in de maak. Ik kon niet wachten. Wederom zat het echte leven de uitvoering van mijn wilde dromen over dit onderwerp hinderlijk in de weg en werd mijn geduld flink op de proef gesteld. Opschieten met dat weekend!

Donderdagavond greep ik mijn kans en haalde een oasekrans en binddraad bij het tuincentrum, magnolia’s en narcissen (neppers voor als de echte zijn uitgebloeid) bij de Action. Ook bewaarde ik het groen (bosbestakjes) uit de bossen tulpen die – hoe lief – hier vorig weekend als ‘welkom thuis’ op tafel stonden.

Vandaag haalde ik tulpen en verschillende lentetakken – kleine magnoliatakken, prunus, (kersenbloesem) en eucalyptus – bij mijn favoriete bloemist en kon ik  eindelijk aan de slag. Uiteraard dwaalden mijn gedachten en mijn gevoel al snel af naar zaterdagmiddag 10 december, de middag waarop ik voornemens was een winterkrans te creëren. Het is al bijna drie maanden geleden. Al mijn zegeningen tellende bedacht ik me dat de tijd ook rijp is om de dorre winterkrans te vervangen door een vers en fris voorjaarsexemplaar.

Ik liet het oase zoveel mogelijk water opnemen en stak de eucalyptus en de prunus in de krans.  Ik prutste de takken zó rond de krans dat de oase – zo goed als – niet meer zichtbaar is. Daaromheen drapeerde ik de prunus. Ik zette de takken flink vast met transparant visdraad en groen binddraad. De gaatjes vulde ik op met de bosbestakjes. Als laatste boog ik de magnolia langs de buitenrand van de krans en zette ook deze met binddraad vast.

Daarna knipte ik de tulpen op zo’n 15 centimeter onder de bloem af en stak ze op gelijke afstand van elkaar in de krans. Ook de tulpjes zette ik – net onder de bloem – goed vast met binddraad. Ik vond een stuk geel band waarmee ik de krans op de paarse voordeur, door het luikje, vastzette.

Ik ben vandaag meerdere malen eventjes naar buiten gesneakt om een glimp van de lentekrans op te kunnen vangen; ik werd er blij van. Daarbij passeerde ik wel de winterkrans die ietwat mistroostig achter de voordeur op het kastje in de vestibule ligt.

Ik schraap straks al mijn moed bij elkaar en zal ‘m welwillend ontleden. De dorre takken en blaadjes gaan voorzichtig in de groene container, de kleurige kerstballen en het rode lintje worden zorgvuldig bewaard tot rond de eerstvolgende 10de december.

– Spring wreath

Count your blessings

Het idee was er al geruime tijd – ik hield flink wat van de van Sinterklaas gekregen kerstballen over – ; het maken van een fleurige, kleurige en geurige kerstkrans met bestemming paarse voordeur. Hoe leuk om dit samen met Silvijn te doen en er een mooie decembertraditie van te maken. Ik haalde, toen ik de kerstboom voor mijn moeder kocht, alvast een basic krans van dennentakken bij mijn favoriete bloemist. Ik sprokkelde er gaandeweg de daarop volgende week eucalyptus (uit een gekregen gemengd boeket), takjes vuurdoorn met bessen (uit de haag op school), conifeer blad en takjes laurier en rozemarijn (uit de eigen tuin) bij. Vorige week zaterdag rond de klok van drie legde ik alle met zorg verzamelde spullen op tafel klaar en was net zo goed als begonnen toen ik werd gebeld. Op dat moment werd het maken van de kerstkrans, werd mijn hele zijn ruw verstoord.

Het leven had afscheid genomen van mijn lieve mama Selly.

Afgelopen zaterdag, want wát dóe je met al je verdriet en de leegte in de dagen na de afscheidsplechtigheid van je moeder?, besloot ik de krans –  iets met de zinnen verzetten – toch maar af te maken. Ik bond de verschillende groene takken met visdraad rond de krans. Silvijn maakte ondertussen groepjes van de verschillende overgebleven minikerstballen, een serieuze klus. Ik reeg de met liefde gesorteerde kerstballen ook met visdraad en op gelijke afstand van elkaar in de krans vast.

In de kerstballendoos vond ik nog een bescheiden lichtslang die ik tussen de ballen door drapeerde. De batterijen plakte ik op de achterkant van de krans vast. Silvijn zocht een rood lintje uit waarmee de we de krans door het luikje aan de voordeur vastzetten.

En dit alles onder begeleiding van de meest blijmoedige kerstmuziek. Silvijn zong zijn lievelings (Jingle bells, Kling klokje en Oh dennenboom) uit volle borst mee. “Wat gezellig hè mama!” Ik slikte mijn tranen weg. “Tel je zegeningen” (haar lijfspreuk en lievelingslied), zou mijn moeder op zo’n moment gezegd hebben. Ja mam. En zo is het. Ik tel mijn zegeningen één voor één, ik tel ze alle en vergeet er geen.

– Count your blessings