Ik kon het steeds maar niet over mijn hart verkrijgen de kerstkrans – ik noemde ‘m dan ook al zo’n twee maanden ‘winterkrans’ – van de voordeur te halen, te ontleden en in de groene container te deponeren. Totdat ik vorige week deze foto via Atmine op Instagram tegenkwam. Een foto van een pracht van een lentekrans van The big door wreath company. Ik wist niet dat ik een beetje verliefd kon worden op een deurkrans.
Het leek er wel bliksems veel op. De hele week zat de lentekrans voor in mijn hoofd, ging mijn hart sneller kloppen als ik aan het vlechtwerk van uitbundige lentebloeiers dacht en in mijn dromen hing het meest kleurige en geurige exemplaar hier al lang en breed ter vervanging van de winterkrans te pronken aan de paarse voordeur. Wat een top idee: elk jaargetijde een seizoensgerelateerde krans aan de paarse voordeur. Ook de zomerkrans en de herfstkrans waren in gedachten al driftig in de maak. Ik kon niet wachten. Wederom zat het echte leven de uitvoering van mijn wilde dromen over dit onderwerp hinderlijk in de weg en werd mijn geduld flink op de proef gesteld. Opschieten met dat weekend!
Donderdagavond greep ik mijn kans en haalde een oasekrans en binddraad bij het tuincentrum, magnolia’s en narcissen (neppers voor als de echte zijn uitgebloeid) bij de Action. Ook bewaarde ik het groen (bosbestakjes) uit de bossen tulpen die – hoe lief – hier vorig weekend als ‘welkom thuis’ op tafel stonden.
Vandaag haalde ik tulpen en verschillende lentetakken – kleine magnoliatakken, prunus, (kersenbloesem) en eucalyptus – bij mijn favoriete bloemist en kon ik eindelijk aan de slag. Uiteraard dwaalden mijn gedachten en mijn gevoel al snel af naar zaterdagmiddag 10 december, de middag waarop ik voornemens was een winterkrans te creëren. Het is al bijna drie maanden geleden. Al mijn zegeningen tellende bedacht ik me dat de tijd ook rijp is om de dorre winterkrans te vervangen door een vers en fris voorjaarsexemplaar.
Ik liet het oase zoveel mogelijk water opnemen en stak de eucalyptus en de prunus in de krans. Ik prutste de takken zó rond de krans dat de oase – zo goed als – niet meer zichtbaar is. Daaromheen drapeerde ik de prunus. Ik zette de takken flink vast met transparant visdraad en groen binddraad. De gaatjes vulde ik op met de bosbestakjes. Als laatste boog ik de magnolia langs de buitenrand van de krans en zette ook deze met binddraad vast.
Daarna knipte ik de tulpen op zo’n 15 centimeter onder de bloem af en stak ze op gelijke afstand van elkaar in de krans. Ook de tulpjes zette ik – net onder de bloem – goed vast met binddraad. Ik vond een stuk geel band waarmee ik de krans op de paarse voordeur, door het luikje, vastzette.
Ik ben vandaag meerdere malen eventjes naar buiten gesneakt om een glimp van de lentekrans op te kunnen vangen; ik werd er blij van. Daarbij passeerde ik wel de winterkrans die ietwat mistroostig achter de voordeur op het kastje in de vestibule ligt.
Ik schraap straks al mijn moed bij elkaar en zal ‘m welwillend ontleden. De dorre takken en blaadjes gaan voorzichtig in de groene container, de kleurige kerstballen en het rode lintje worden zorgvuldig bewaard tot rond de eerstvolgende 10de december.
– Spring wreath